Mongolië

Ulan Bataar

Zo’n 50 km buiten UB beginnen de voorsteden. Ze liggen verscholen in de heuvels en dalen rond de stad en bestaan hoofdzakelijk uit houten huizen en gers. De wegen zijn niet meer dan onverharde stofwegen. Geen wonder dat het hoofdmiddel van vervoer een paard is. Daarnaast zie je oude trucks en auto’s.
Het stadscentrum heeft nog een echte Sovjetsfeer. Met het eind van dit tijdperk lijkt het wel of ook het onderhoud van de gebouwen is gestopt, want menig gebouw kan wel een likje verf gebruiken
De stad is echter snel aan het veranderen en het stempel van de Sovjettijd vervaagt geleidelijk aan. meer en meer mensen dragen westerse kledij. Wel niet volgens de laatste mode, maar ala...!! Echter nog heel wat Mongolen prefereren de traditinele Mongoolse kleding. Dat heeft toch wel iets!!! Zelfs Internetcafés zijn er te vinden, maar omdat men nog in de ban is van games als ‘Doom’ zijn dit meer gameshops. De stad heeft één grote winkel voor toeristen en een knap aantal interessante musea.
Gandan Klooster
foto: Sergei Novikov
Trots zijn de Ulanbataren op het prachtige lamaïstische Gandan Klooster. Het was het enige klooster wat in de communistische tijd min of meer mocht functioneren. Het telt inmiddels weer honderden monniken en studenten. Het heeft een 27 meter hoge, schitterende sculptuur van Avalokiteshwara, de schutsheer, gewijd in 1996
Het Natuurmuseum heeft vondsten uit de Gobi-woestijn. Het zgn.stadsmuseum is een ´Siberisch´ huis met in de collectie enkele unica. In het Winterpaleis woonde tot 1924 de achtste Bogd Khan, de Levende Boeddha: de wereldse en religieuze leider van Mongolië. Thans een mooie verzameling ceremoniële voorwerpen en bodhisattva's tentoongesteld. Het paleis wordt onder auspiciën van de Unesco opgeknapt.
Het Nadaam Festival
Jaarlijks wordt het Nadaam-festival gehouden. Met enige fantasie kan dit doorgaan voor een soort Olypische spelen van Mongolië. Net als 800 jaar geleden strijden de mongolen in worstelen, boogschieten en paardrijden.
Beter dan het onderstaande verslag van Erik van der Made, gevonden op internet kan ik dit festival niet beschrijven. We laten hem dus maar aan het woord.

Het Nadaam stadion loopt langzaam vol als wij plaatsnemen op de houten tribune tegenover de ereloge vanwaar de president het festival voor geopend verklaard. De openingsact blijkt een krijgshaftig dansje op de klanken van de Mongoolse versie van No limits, 2 unlimited. Al tijdens de eerste ronde worden, in worstelklederdracht uitgedoste jochies door oudere gerenomeerde zwaargewichten tegen de vlakte gewerkt.

Het toernooi gaat over 9 rondes en kent geen gewichtsklassen. Een partij eindigt als één van de vetkwabbels de tegenstander met knieën of handen tegen de grond heeft gewerkt. Het daarop volgend ritueel is een staaltje pure traditie; de winnaar spreidt de armen en huppelt als een grote roofvogel richting de eretribune. De verliezer loopt een rondje onder de arm van de winnaar door, als teken van respect en acceptatie van verlies.

Wij verlaten het snikhete stadion en nemen een kijkje bij het boogschieten. Vanaf 70 meter moet een pyramide van blokjes vakkundig worden geraakt. Een precisiesport waarin zowel mannen als vrouwen participeren. Het is minder spectaculair om te zien dan de andere sporten getuige het aantal toeschouwers.
In de middag brengt de bus ons naar het hoogtepunt van de dag; de paardenrace voor merries van 7 jaar en ouder. Bij het naderen van het uitgestrekte finishterrein net buiten Ulan Bator vallen de enorme stofwolken rond het finishdoek op.
De grasvlakte, kurkdroog en stoffig door gebrek aan regen, staat vol met duizenden paarden en ruiters die af en aan galopperen over het veld. Het is een magistraal gezicht. In de verte is een compleet gerdorp ontstaan, bevolkt door nomadenfamilies uit de hele omtrek en verder, betrokken bij de races. Trotse ouders laten hun participerende zoontjes of dochters in 1 van de paardenraces de familie eer hoog houden.
Het is een drukte van jewelste rond de finishlijn in afwachting van de eerste ruiters. Met camera in de aanslag turen wij in de verte. Na 45 minuten wachten verschijnen de eerste stofwolken. Twee ruiters strijden om de overwinning gevolgd door een groeiende stofwolk met hijgende paarden. Het lijkt alsof de tijd heeft stilgestaan en het leger van Djengiz Khan wederom in aantocht is. Het winnend paard wordt bestormd door het publiek in de hoop wat druppels zweet van het dier op te vangen. Een ieder die dit lukt valt "een jaar geluk" ten deel.
Afgebeulde paarden bereiken, met of zonder ruiter, uitgeput de finish. De ongelukkige die de macht over het paard verliest en ervan af kukelt ziet zijn dier pas na de finish terug. Ook komt het voor dat een (ongetraind) paard na de finish bezwijkt aan de langdurige inspanning.